De toenemende angst voor oorlog is voor veel mensen een belangrijke reden om stil te staan bij 4 en 5 mei. De Nationale Herdenking en Bevrijdingsdag worden daarbij nog steeds als zeer belangrijk beschouwd. Dat blijkt uit het Nationaal Vrijheidsonderzoek (NVO) 2025, een jaarlijks terugkerend onderzoek naar opvattingen over vrijheid, herdenken en vieren in Nederland. Het onderzoek wordt sinds 2020 uitgevoerd door Centerdata in opdracht van het Nationaal Comité 4 en 5 mei.
In 2025 vulden ruim 1200 leden van het representatieve LISS panel de vragenlijst in. Acht op de tien panelleden gaf daarbij aan 4 mei belangrijk of zelfs heel belangrijk te vinden. Het aandeel panelleden dat de Nationale Herdenking heel belangrijk vindt is daarmee iets gedaald ten opzichte van vorig jaar. Bevrijdingsdag wordt door bijna driekwart van de ondervraagden (73%) als belangrijk of heel belangrijk ervaren.
Angst voor oorlog
In de afgelopen jaren is de angst dat Nederland bij een oorlog betrokken raakt sterk toegenomen. In 2025 geeft maar liefst de helft van de ondervraagden aan een zekere mate van angst voor oorlog te voelen. Uit een klein aantal diepte-interviews die dit jaar is afgenomen blijkt dat de mate waarin mensen zich zorgen maken wel sterk kan verschillen. Hoewel mensen meer zorgen ervaren, hebben die bij vrijwel niemand invloed op het eigen dagelijks leven. Sommige geïnterviewden geven aan dat de actuele geopolitieke onrust de herdenking nu extra betekenisvol maakt.
Ook het gevoel van verbondenheid tijdens 4 mei wordt benoemd als waardevol. De redenen dat men stilstaat bij de Nationale Herdenking én bij Bevrijdingsdag zijn dan ook veranderd ten opzichte van voorgaande jaren: meer algemene redenen zijn afgenomen en motieven die te maken hebben met angst voor oorlog en met hedendaagse conflicten zijn toegenomen.
Afname van vrijheid
Tegelijkertijd daalt de mate waarin mensen bepaalde vrijheden ervaren. Vooral op het gebied van democratie, stemrecht en gelijke rechten zijn opvallende dalingen zichtbaar. Er bestaan daarbij verschillen per vorm van vrijheid, afhankelijk van leeftijd en herkomst. Zo ervaren mensen met een niet-westerse achtergrond (55%) minder vaak dat ze zichzelf kunnen zijn dan mensen zonder migratieachtergrond (77%).
Tweede Wereldoorlog: vervolging
In het onderzoek van dit jaar werden extra vragen gesteld aan een specifieke groep mensen die aangaf dat zijzelf of hun familie tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitse bezetter zijn vervolgd. Bijvoorbeeld vanwege Joodse afkomst (40%), politieke overtuiging (11%) en/of door deelname aan het verzet (32%). Bijna 60% van deze groep vindt dat het verhaal van vervolgingsslachtoffers goed wordt uitgelegd tijdens de herdenking. Een ruime meerderheid van alle panelleden vindt het een goed idee als de aandacht op 4 mei voornamelijk uitgaat naar de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog (61%). Daar staat tegenover dat meer dan de helft er ook voor open zou staan als slachtoffers van alle oorlogen wereldwijd zouden worden herdacht op 4 mei (52%).
Over het Nationaal Vrijheidsonderzoek
Het Nationaal Vrijheidsonderzoek (NVO) is een langlopend monitoringsonderzoek dat sinds 2001 jaarlijks wordt uitgevoerd in opdracht van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Sinds 2020 wordt voor de meting gebruik gemaakt van het LISS panel van Centerdata.
Meer weten?
Lees dan het volledige rapport of het artikel van het Nationaal Comité 4 en 5 mei over het Nationaal Vrijheidsonderzoek 2025.