Veel consumenten nemen op verschillende momenten in hun leven belangrijke financiële beslissingen die gevolgen hebben voor de lange termijn. Denk aan het afsluiten van een hypotheek of levensverzekering. Suboptimale financiële beslissingen kunnen een grote impact hebben op het financiële en mentale welzijn van consumenten. Financieel adviseurs helpen consumenten bij het maken van deze keuzes. In dit onderzoek onderzochten we welke kenmerken bepalen of consumenten al dan niet geneigd zijn een financieel adviseur te raadplegen bij belangrijke financiële beslissingen.
Een belangrijk doel van dit onderzoek naar voorspellers van de vraag naar financieel advies was om te achterhalen of de consumenten die het meest geneigd zijn een financieel adviseur te raadplegen ook de consumenten zijn die advies het hardst nodig hebben. Daarnaast geeft het onderzoek aanknopingspunten voor interventies om consumenten (die gebaat zijn bij financieel advies) te stimuleren om advies in te winnen. Uit vooronderzoek bleek bijvoorbeeld dat mensen die denken dat ze veel financiële kennis hebben, ongeacht of dat daadwerkelijk zo is, minder geneigd zijn om financieel advies in te winnen. Een tweede, kleiner doel, van dit onderzoek was om te onderzoeken of zelfoverschatting kan worden tegengegaan door consumenten feedback te geven op een financiële kennistoets, en of dit zelfoverschatters dan ook stimuleert om een financieel adviseur te raadplegen.
Onderzoeksmethode
Om de onderzoeksvragen te beantwoorden is een online surveyonderzoek uitgevoerd in het LISS panel. Omdat al vrij veel onderzoek gedaan is naar de vraag van consumenten naar financieel advies, is eerst een vooronderzoek gedaan dat bestond uit een literatuurstudie en kwantitatieve analyse van data van de DNB Household survey en de AFM Consumentenmonitor. De resultaten hiervan vormden belangrijke input voor het surveyonderzoek.
De online survey bestond uit twee onderdelen:
- Een vragenlijst waarin de algemene geneigdheid om een financieel adviseur te raadplegen bij belangrijke financiële beslissingen en daar mogelijk mee samenhangende consumentenkenmerken werden gemeten.
- Een klein experiment om de effectiviteit van het geven van feedback na een kennistoets te onderzoeken.
Resultaten
De resultaten zijn samen te vatten in vijf kernbevindingen:
- Lager financieel geletterden, die advies het hardst nodig hebben, zijn niet meer geneigd om een financieel adviseur te raadplegen dan hoger financieel geletterden: financieel advies lijkt dus geen substituut voor financiële geletterdheid. Tegelijkertijd zijn lager financieel geletterden zijn ook niet duidelijk minder geneigd om financieel advies in te winnen dan hoger financieel geletterden.
- De geneigdheid om financieel advies in te winnen bij belangrijke financiële beslissingen hangt sterker samen met andere factoren dan met financiële geletterdheid.
- Vooral de relatief sterke negatieve samenhang tussen de geneigdheid om advies in te winnen en de angst voor financieel adviseurs (financial adviser anxiety) is opvallend. Consumenten die hier hoog op scoren vinden het lastig om persoonlijke informatie met een adviseur te delen (disclosure anxiety) en/of zijn bang om dom gevonden te worden (evaluation anxiety). Deze angst lijkt dus een relatief belangrijke drempel te vormen om naar een financieel adviseur te gaan.
- Het positieve effect van de waargenomen waarde van advies is aanzienlijk sterker dan het negatieve effect van de waargenomen kosten. Het idee dat financieel advies waardevol is (omdat men verwacht dat het advies goed is en de adviseur in het belang van de klant handelt) weegt dus op tegen het idee dat advies duur is.
Het geven van feedback op antwoorden op een kennistoets was effectief in het tegengaan van zelfoverschatting. Wanneer zij feedback kregen, zagen respondenten die hun eigen financiële kennis overschatten hun eigen kennis minder vaak als belangrijke bron van informatie en/of advies bij een beslissing over een financieel product. Dit was ook precies het doel van de interventie. Echter, de (terechte) lagere geneigdheid van zelfoverschatters om de eigen kennis als belangrijke informatiebron te zien ging niet gepaard met een hogere geneigdheid om een professioneel financieel adviseur te raadplegen. Deze resultaten suggereren dus dat het geven van feedback op een kennistoets er wel voor kan zorgen dat mensen hun eigen kennisniveau beter inschatten, maar dit lijkt mensen met beperkte financiële kennis nog geen extra duwtje richting de financieel adviseur te geven.
Aanleiding
Het onderzoek voerden wij uit in opdracht van het ministerie van Financiën. Minister Kaag (Financiën) stuurde haar reactie hierop naar de Tweede Kamer.
Belangrijke links
- Het volledige onderzoeksrapport
- Kamerbrief over onderzoeksrapporten over financieel advies | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl